Belangrijk & Urgent… Waar val jij?
Als wij door onze oogharen naar alle ontwikkelingen en (online) discussies rondom de klimaatproblematiek kijken ontvouwt er zich een aantal groepen. Het is een hypothese, een eerste aanzet tot beschouwing. Het doel? Begrijpen hoe mensen zich verhouden tot een vraagstuk als klimaatproblematiek. Het verhouden zit dan in de mindset (houding), skillset (gedrag) en toolset (middelen) ten opzichte van het klimaatprobleem.
Héél belangrijk en héél urgent: voor deze (hele kleine) groep geldt dat ze hoogfrequent spreken over de enorme noodzaak om maatregelen te nemen die de rampspoed nog zou kunnen keren. Ze doen oproepen om (radicaal) anders te gaan denken en leven. Hun professionele werk richt zich ook primair op dit vraagstuk en het op gang brengen van de transformatie. Hoewel het een homogene groep lijkt zijn er wel degelijk onderlinge verschillen in de manier waarop deze actie gevoerd moet worden. Wel zijn ze het erover eens dat het probleem en de noodzaak hoog zijn. Deze groep wordt vaak gezien als drammers, activistisch, met onhaalbare doelen en te weinig zicht op de realiteit.
Héél belangrijk en urgent: voor deze (kleine) groep geldt dat ze aansluiting zoeken bij de eerste groep. Ze zijn zoekende naar de manier en mate waarin ze kunnen, willen en mogen aansluiten. Ze zijn ook vocaal en doen dat vanuit een aantal overtuigingen, maar weten (nog) niet hoe ze dat in hun professionele leven vorm kunnen geven. Ze zijn goed geïnformeerd en op zoek naar aanvullende of nieuwe perspectieven om hun houding en gedrag verder te kunnen ontwikkelen. Meestal zetten ze al wel stappen in het privédomein. Ze uiten hun steun openlijk, wat ook voor hen tot reacties van derden kan leiden. Ze voelen zich aangesproken op mogelijke hypocrisie doordat hun keuzes nog niet volledig afgestemd zijn op hun overtuiging.
Belangrijk en beetje urgent: deze (grote) groep geldt dat men het erover eens is dat er een klimaatprobleem is alleen is de mate waarin ze zich daarover uitspreken of de urgentie die het onderwerp vraagt minder groot. Men richt zich vaak op het (terechte) idee dat die urgentie verstorend zal werken voor onze huidige samenleving en zoekt het vooral in praktische oplossingen die binnen handbereik zijn en hen (economisch) voordeel opleveren. Hun idee is nog niet sterk gevormd, men zoekt (passief) naar informatie om een standpunt te kunnen nemen voor zover men dat echt wil. Ze delen af en toe een like uit onder een artikel, maar mengen zich niet graag in de discussie en zijn niet zeker over de mate van impact die het klimaatprobleem gaat opleveren. Tegelijkertijd staan ze niet onwelwillend tegenover de gedachte dat een transformatie onvermijdelijk is. Het is eerder de timing, uitvoering en consequenties die hen zorgen baart.
Niet belangrijk en niet urgent: Deze (ook grote) groep houdt zich er niet echt mee bezig en wil dat ook niet. Ze ontkennen niet per se de feiten alleen lijkt het vraagstuk geen rol in hun dagelijks bestaan te spelen. Of het een vorm is van cognitieve dissonantie óf dat er andere prioriteiten zijn die hen bezighouden maakt eigenlijk niet zo veel uit. Ze zien geen noodzaak hun leven aan te passen of kunnen of mogen het niet vanwege omstandigheden. Ze zijn gevoelig voor informatie die aangeeft dat het wel meevalt omdat het hun houding en gedrag legitimeert. Ze doen niet echt mee, behalve als ze zich aan het in hun ogen gedram storen. Dat wil nog wel eens lijden tot een willekeurige reactie op een artikel dat bijvoorbeeld oproept tot actie.
Helemaal niet belangrijk en wel urgent: Deze (kleine) maar betrokken groep vindt het klimaatprobleem een overschat en extreem gedachtengoed. Ze zijn sceptisch en stellen de feiten openlijk ter discussie en vinden deze niet belangrijk. Het lijkt zelfs dat ze veel urgentie voelen om zich tegen het probleem en de lange termijn belangen te verzetten. Het zijn mensen die vocaal zijn en sommigen participeren actief in (online) discussies. Vaak gaat dit gepaard met boute stellingen. Ze verzamelen feiten die hun standpunten versterken. Ze hechten waarde aan de status quo en zien de mogelijke consequenties als bedreiging en onnodig. Hoewel een tegengeluid op iedere ontwikkeling relevant is leidt het meestal niet tot het vinden van nieuwe oplossingen omdat het probleem wordt gebagatelliseerd. Tegelijkertijd is het zaak om hen niet volledig af te serveren en daar waar terecht de kritiek wel serieus te nemen. Daar schuilen ook weer kansen in.
De categorieën zijn geplot in een normaalverdeling geïnspireerd door het technologie adoptie model, wat verschil maakt in innovators, early adopters, early majority, late majority, laggards bij de adoptie van innovatie. Dit model gaat weliswaar over het in gebruik nemen van nieuwe producten en technologie waarbij de segmenten zich onderscheiden op basis van sociologische kenmerken. De parallel zit hem in het idee dat een ‘nieuw’ concept zich gefaseerd laat overnemen. Of de parallel helemaal klopt maakt voor de discussie niet zoveel uit het lijkt ons waar genoeg om het idee erachter door deze bril te verkennen.
De vervolgvraag die dit oproept is dan dat als je dit weet, hoe je de signalen kunt indelen om te bepalen wat je ermee gaat doen. Waar denk jij zelf dat jouw organisatie en haar klimaatbeleid hierin staat? Lopen jullie voorop? Volg je de massa of houdt het je niet bezig? Dat bepaalt hoe de groepen binnen jouw organisatie zich daartoe zullen verhouden. Binnen jouw organisatie bestaan deze verschillende groepen namelijk ook. Die verschillende gedachten zijn van invloed zijn op de daadwerkelijke veranderingen.
En het zou zomaar zo kunnen zijn dat dit steeds meer een afspiegeling van elkaar wordt. Organisaties die voorlopen trekken voorlopers aan. Organisaties die volgen trekken volgers aan. Daarmee gaat een stuk diversiteit van denken verlopen en worden de oplossingen niet beter. Het is juist goed wanneer deze perspectieven op een goede manier naast elkaar worden gezet. Niet om de standpunten te vermengen maar om te kijken welke oplossingen we kunnen denken wanneer we deze even naast elkaar laten bestaan.
Veranderkundig richten wij ons op de groep die wel het wil maar wellicht nog niet kan of mag. Het is interessant om binnen deze groep op zoek te gaan naar de verschillen in denken en daarmee opties te creëren om je doel te bereiken. Om überhaupt samen eerst dat doel helder te maken en inspiratie te zoeken bij de vooroplopers. Om vervolgens de realiteit met elkaar te duiden. Waar sta je samen ten opzichte van dat doel. Wat remt en drijft jouw organisatie in het bereiken van dit doel.
We laten ons in deze fase zo min mogelijk beïnvloeden door remmende krachten in de omgeving totdat er voldoende momentum voor de verandering is. Dat betekent dat de samenwerking met de groepen die deze krachten vertegenwoordigen er ook heel anders uitziet of zelfs niet aanwezig is. Op deze manier help je in de beginfase van de verandering de voorlopers om zich op de verandering voor te bereiden om daarna het gesprek aan te gaan met de rest. Zo breng je een transformatie op gang.
Succes!
Hartelijke groeten,
Daan, Niki en Leontine
__________________________________________________
Nieuwsbrief gemist? Lees hier onze eerder artikelen.
Comments